‘Er is altijd wel iemand die zegt, jongens we moeten door’

Een interview met striptekenaar en auteur Wasco

Op 21 september strijkt het Nederlands’ striptijdschrift Aline een week neer in het Atelier Néerlandais in Parijs om haar vijfde nummer te maken. Wasco, initiatiefnemer van Aline, vertelt over het tijdschrift en de plannen voor Parijs. Na een studie aan de Kunstacademie in Enschede verbleef Wasco in 1987 als resident op de Rijksakademie in Amsterdam. ‘Ik zou beeldend kunstenaar worden, maar zodra ik van de Rijksakademie af kwam, begon ik weer strips te maken. Het bloed kruipt blijkbaar waar het niet gaan kan.’ Wasco won in 2020 de Nederlandse Stripschapprijs.

Wie is Aline?

Aline is een blad, een meisjesnaam maar ook de samenvoeging van het Engelse  ‘a line’. Aline brengt tekeningen in de breedste zin van het woord. De grens tussen strip en illustratie is vaak moeilijk te trekken, en dat proberen we ook niet, beide zijn welkom in ons blad. Alle tekenaars van Aline zijn tegelijk auteurs. Ze lopen niet aan de hand van een scenarist, maar schrijven zelf, willen hun eigen verhaal vertellen. Aline is ook een divers blad dat grenzen slecht. We richten ons nadrukkelijk op mannelijke en vrouwelijke auteurs en lezers, alsook op Nederlandse en Vlaamse stripauteurs. In Europa zijn we met 25 miljoen Nederlandssprekenden, dat is best veel. Binnen die groep wil Aline graag een weliswaar klein maar betekenisvol zandkorreltje zijn.

Wat maakt Aline nog meer bijzonder als blad?

Oef, dat is een moeilijke vraag. Er staan allereerst mooie strips in, maar goed, die vind je ook elders. Wat ik zelf bijzonder vind, is dat we het samen doen. Voor veel bladen leveren de auteurs hun eigen kopij in en zien ze het blad pas als het af is. Bij Aline werken we van begin tot eind in een collectief. We willen van elkaar weten wat we doen en waarom we welke keuzes maken. Ook kiezen we van tevoren voor een thema. Voor het nummer voor Parijs is meertaligheid de rode draad en hoe je elkaar dan toch kunt begrijpen. Sinds Brexit hebben wij nog sterker het idee dat we Europeanen zijn, dat we samen moeten werken om de grote uitdagingen van deze tijd het hoofd te bieden. 

Leidt die gezamenlijke aanpak, zo zonder hoofdredactie, nooit tot onenigheid?

Wasco lacht. ‘Nee hoor, eigenlijk niet, hoogstens praten we soms te lang, discussiëren we met zoveel verve dat het niet echt opschiet, maar dan is er altijd wel iemand die zegt ‘jongens, we moeten door’. 

Frankrijk wordt toch wel een beetje gezien als het walhalla van de strips. Wat verwachten jullie van de week op het Atelier Néerlandais?

We gaan hard werken aan ons vijfde nummer, maar tegelijk willen we dolgraag Franse tekenaars en liefhebbers van het beeldverhaal ontmoeten en ons netwerk uitbreiden. We staan open voor contact, ideeën en voor auteurs en liefhebbers die samen met ons willen tekenen. Van 22 tot en met 27 september kun je dagelijks van 14.00 uur tot 17.00 uur binnenlopen op onze tijdelijke redactie op het Atelier Néerlandais. Ik hoop op een grote aanloop en enthousiasme om de werelden van de Franse en Nederlandse strip en illustratie verder bij elkaar te brengen.

De residentie van Aline op het Atelier Néerlandais is een gezamenlijk initiatief van de Neerlandse ambassade in Frankrijk, het stripfestival Formula Bula en het Nederlands Letterenfonds. Wil je langskomen op de tijdelijke redactie van Aline in Parijs, wees van harte welkom, maar laat het minimaal een dag van tevoren weten via info@atelierneerlandais.com. Conform Franse regelgeving moet een pass sanitaire kunnen worden overlegd.