Spotlight’s on : Pol & Flora

Als de kat van huis is dansen de muizen op tafel. Nu het Atelier Néerlandais wegens de feestdagen tijdelijk gesloten is, brengen wij u vanuit een vrij lege ambassade deze kerstspecial van de vaste rubriek ‘Spotlight’s on’. Dit is een insider duo-interview met Pol Koopman, stagiair Cultuur en Communicatie op de Nederlandse ambassade in Parijs en Flora de Geus, stagiaire op het Atelier Néerlandais. We gaan met elkaar in gesprek over onze stage, waarom we nou eigenlijk naar Parijs zijn gekomen en hoe we de toekomst zien.

F: Hey Pol, hoe zitten we erbij?

P: Ja, nu het zo leeg is toch wel een stuk relaxter. Maar ik doe mijn werk natuurlijk gewoon wel. 

F: Ja, pas op met wat je zegt! 

P: Het is vooral heel gezellig omdat voornamelijk de stagiairs deze week doorwerken. 

F: Even over deze stage hier in Parijs en hoe je hier gekomen bent. Ik weet dat jij al langer in Parijs bent vanwege je studie. Hoe zat dat ook alweer? 

P: Ik ben sinds januari in Parijs. In Leiden heb ik eerst rechten gestudeerd. Daarna was er ruimte voor een juridische uitwisseling. Toen heb ik op Paris II, op Panthéon Assas, allerlei rechtenvakken in het Frans gevolgd, voornamelijk Europees recht. 

F: En waarom ben je eigenlijk naar Parijs gekomen?

P: Vanwege, toch wel, de liefde en de interesse voor Frankrijk. De Franse taal vooral, dus ik heb ook al mijn studievakken in het Frans gevolgd. Toen heeft dat heel goed gewerkt want daardoor kon ik ook hier, op de ambassade, goed aan de slag. En ook een stukje strategie, want iedereen wil natuurlijk naar Amerika of naar Engeland of naar andere Engelssprekende landen. Dus ik dacht, aangezien ik al een beetje Frans sprak, als ik gewoon hier alle pijlen op richt, dan kom ik overal makkelijker binnen. 

F: Waar richt je die pijlen dan op? Wil je hier dan ook blijven of na je studie terugkomen? Wil je hier in Parijs nog iets gaan doen? 

P: Voor nu ga ik over zes weken alweer terug naar Nederland. Dan heb ik echt een jaar in Parijs gewoond. Dan ga ik verder met mijn master in Leiden, European Law. Ik denk wel dat ik op termijn, als het kan, nu ook met die ervaring in het Frans, wel weer terug wil naar Parijs. Daar ben ik nu wel echt voor gevallen. 

F: Waar ben je dan voor gevallen? Je hebt het over een liefde voor Parijs, maar waar komt die eigenlijk vandaan? 

P: Waar die vandaan komt, is denk ik wel doordat we elk jaar met het gezin naar Frankrijk op vakantie gingen, met verplicht Franse muziek aan in de auto en een beetje Frans leren… Uiteindelijk hebben we toch wel heel Frankrijk gezien. En ja, er zijn dus ook veel mensen die grapjes maken over Frankrijk, die vinden het helemaal niks. Maar bij ons was het precies andersom. 

Persoonlijk houd ik ook van de Franse grandeur en het Frans is ook gewoon een hele mooie taal. Daarnaast is Parijs natuurlijk een metropool, een wereldstad. Alles is hier gewoon te doen en dat vind ik heel leuk. 


P: En hoe zit dat voor jou, wanneer ben jij naar Parijs gekomen? 

F: Ik heb vorig jaar een half jaar in Parijs gewoond, toen een half jaar in Berlijn en toen ben ik toch weer teruggegaan naar Parijs. 

P: Waarom ben je teruggegaan naar Parijs? 

F: Ik stond toentertijd op een kruispunt in mijn studiecarrière, waarbij ik, na het behalen van al mijn studiepunten en met een leeg semester voor mijn scriptie eigenlijk voor drie keuzes stond. Ik kon terug naar Rotterdam, naar mijn vertrouwde plek, waar ik vier jaar heb gewoond, waar veel vrienden wonen en waar ik sowieso wel aan de slag kon. Ik kon blijven Berlijn, waar ik het ook al wel erg naar mijn zin had. Óf ik kon weer terug naar Parijs. En toen speelde uiteindelijk ook de liefde mee, en niet alleen de liefde voor de stad. Toen ben ik op zoek gegaan; als ik dan naar Parijs kom, wat ga ik hier dan doen? Toen ben ik bij het Atelier Néerlandais terechtgekomen.

P: Even voor de lezer; wat heb je allemaal gedaan in Rotterdam, Berlijn en Parijs? 

F: In Rotterdam ben ik in 2017 begonnen met een dubbelstudie Algemene Cultuurwetenschappen aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en Jazz Vocals aan Codarts Rotterdam en die dubbelstudie heb ik daar vier jaar gedaan. Toen heb ik dus die uitwisselingen gedaan. Ik ben een half jaar naar het CNSMDP (Conservatoire National Supérieur de Musique et de Danse de Paris) gegaan en een half jaar naar het Jazz Institut Berlin. Dat waren twee prachtige kansen voor mij om me qua muziek te ontwikkelen.

P: Dus toen heb je weer voor Parijs gekozen, voor de liefde… 

F: Nou, ook wel de liefde voor de stad. Hoewel, ik vind Parijs in eerste instantie geen makkelijke stad om in te wonen. Je hebt echt even de tijd nodig om uit te zoeken wat je hier wil. Wat je wil van de stad, wat je wil van de mensen… Daarbij helpt het wel als je ook Frans spreekt. Inmiddels is dat voor mij het geval en voel ik me hier eigenlijk heel erg thuis.

F: Jij blikte net al even vooruit, dat je binnenkort alweer teruggaat naar Nederland. Dat betekent dat je tijd bij de ambassade er alweer bijna op zit. Hoe blik je terug op je stage hier?

P: Heel goed. Het is een hele leuke tijd tot nu toe en ik verwacht ook dat het leuk blijft tot het einde. Ik vind het wel grappig qua tijdsbesef. Ik ben in september begonnen en die maand duurde voor mijn gevoel heel lang. Allemaal nieuw… het was mijn eerste echte stage na allerlei bijbaantjes die ik als student ervoor gehad heb en dat was toch wel heel erg wennen.

F: Waar moest je aan wennen? 

P: Aan het werken op een kantoor op de ambassade. Om een voorbeeld te geven; er was een vergadering gepland op een bepaald tijdstip. Ik dacht, dan gaan we met het hele team, dan komt iemand mij wel halen. Dat was helemaal niet zo. Dus achteraf hoorde ik, ‘waarom was je niet bij de vergadering?’, en toen zei ik ‘ja maar er kwam niemand om mij te halen’ en toen hoorde ik ‘dat is gewoon je eigen verantwoordelijkheid’. Het is heel logisch als je het zo hoort en nu denk ik ook, wat een gekke fout. Maar je moet het maar gewoon een keer meemaken. 

F: Wat voor mij ook nog wel wennen was, is het werken op een kantoor. Dat is iets wat mij in het begin toch wel zwaar is gevallen. 

P: Dat vond ik juist wel snel wennen, die structuur. 

F: Dat is natuurlijk ook voor iedereen anders. Ik kom uit de muziek, waar ik eigenlijk mijn tijd veelal zelf indeelde. Om dan elke dag op hetzelfde tijdstip verwacht te worden op dezelfde plek, elke week; dat viel me zwaar. Dus ik merkte dat ik de variëteit zelf moest gaan zoeken in mijn stage. Daarbij moet ik wel zeggen dat ik blij ben dat ik daarin veel vrijheid heb gekregen van het Atelier Néerlandais. Die vrijheid heb ik met beide handen aangepakt. Daardoor ontstaan soms ook discussies en interessante gesprekken maar daardoor kan je samen ook verder komen. Dus wat je zegt, je moet het maar een keer meemaken. Wat dat betreft weet je uiteindelijk toch nooit precies wat je kan verwachten.

P: Wat ik ook verwacht had was dat het op de ambassade een diplomatieke bedoeling zou zijn met een hiërarchie en veel druk. Uiteindelijk bleek dat het ook maar gewoon hele leuke mensen zijn die ergens werken. Dus de strenge verwachting die ik had bleek niet waar te zijn. 

F: Wij hebben allebei deelgenomen aan het Ambassade Kerstkoortje. Daarbij vond ik dat heel leuk om te zien, uit de muziek komende, dat iedereen gelijk is en dat dat ook hier op de ambassade inderdaad zo is. Als je deelneemt aan een project, neemt iedereen hun eigen cruciale rol in, en dat betekent dat je niet beter of belangrijker bent dan de ander. Wat dat betreft een mooie kerstgedachte. We kunnen niet zonder elkaar. 

F: Met die kerstgedachte en de feestdagen in mijn hoofd heb ik nog een vraag. Heb je eigenlijk goede voornemens voor 2023? 

P: Ik denk dat ik qua plannen voor volgend jaar veel goede voornemens die mensen hebben, eigenlijk al gepland heb. Ik ben nu namelijk aan het trainen voor de marathon van Parijs in april. 

F: Wauw!

P: Die ga ik samen met mijn vader lopen dus en het trainen gaat eigenlijk wel heel goed. Voor de rest heb ik voor mezelf ook wel besloten om niet te veel goede voornemens of richtlijnen voor mezelf op te leggen. Ik ga eerst weer verhuizen naar Leiden en ik zal Parijs natuurlijk ook best missen, dus dat zal wel wennen zijn. Ik kijk daarna wel wat ik de rest van het jaar wil doen. 

F: Ik vind het al vrij ambitieus, een marathon rennen. 

P: Ja, en wat zijn jouw goede voornemens?

F: Ik ga de tijd nemen om terug te blikken op deze stage, om alles in perspectief te zetten. Het einde van mijn studiecarrière is in zicht, dus ik ga nadenken over hoe ik mijn eigen tijd wil indelen. Daarbij streef ik ernaar, om in die tijd die ik ga indelen, ook wat ruimte over te houden. Ik merk dat onze generatie vrij doelgericht werkt, alles moet nut hebben en ik wil in 2023 eens even gaan uitzoeken wat er gebeurt als je iets doet wat eigenlijk geen doel dient. 

P: Wat voor een dingen dan? Wat voor een activiteiten? Of juist helemaal geen activiteiten?

F: Misschien dat ik een keer een collage maak of een kleurplaat inkleur. Of dat ik een richting op ga lopen en niet weet waar ik uit ga komen. Dat soort dingen. Ruimte voor verbeelding in 2023


P: En wat zijn voor de rest jouw toekomstplannen, voor zover je die al in beeld hebt? 

F: Ik ben door de stage toch wel weer van de onderzoekende kant van cultuur gaan houden. 

P: Wat is de onderzoekende kant van cultuur? 

F: De backstage, het organiseren en initiëren van evenementen. Ook de beleidskant vind ik interessant. Meer in de theorie van de cultuur duiken. Ik vind het interessant om aangesloten te blijven op zowel die kant als de kant van de uitvoerende artiest, waarmee ik me toch wel erg verbonden voel, als muzikant. Dus ik wil een manier vinden om die twee te combineren. Dat zou mij denk ik wel gelukkig maken. En jij? 

P: Zo concreet weet ik het eigenlijk nog niet. Ik ga eerst mijn master Europees recht afmaken en dan weet ik het nog niet. Ik laat het een beetje afhangen van wat ik in die master leuk vind, wat ik minder leuk vind en dan wil ik op een gegeven moment wel weer weg uit Leiden. Misschien naar Brugge. 

F: Brugge? Waarom Brugge? 

P: Daar heb je het Europa college. Dat is een heel prestigieus post-master instituut waar je je studie kan vervolgen in het Europese. Dus afhankelijk van wat ik daarmee wil doen, wil ik misschien wel die kant op. En ik wil misschien, hoewel dit allemaal onzekere toekomstmuziek is, terug naar Parijs om daar een tweede master te volgen, maar dan gewoon helemaal in het Frans. Dat is me toch wel best wel goed bevallen. Voor de rest wacht ik het allemaal nog maar af. 

F: Ik vind dat je groot mag dromen, Pol. En dat onzekere toekomstplannen niet bestaan. 

P: Ja, goed. Niet onzeker, meer ongewis. Je moet er niet een ‘maar’ bij denken, want je weet het nog helemaal niet.

F: Juist.